Kon ik maar mijn vrouw verkopen
[Arch. nr. L6083-01]



1
goede vrienden ik laat je weten
hoe het in mijn huwelijk gaat
't is een huw'lijk dat met reden
dat me vrees'lijk tegenstaat

2
'k weet 't beter bij m'n ijten
lang ben ik mijn huisplaats moe
kon ik maar mijn vrouw verkopen
'k gaf graag duizend gulden toe

3
dertig gulden geef ik week'lijks
zonder korting aan mijn vrouw
daarbij moet ik ook nog trekken
nacht tot nacht aan 't wiegetouw

4
doe ik 't niet dan krijg ik spoedig
op mijn falie met de tang
of ze zet haar scherpe nagels
in mijn neus of rechterwang

5
kleedjes die heel erg bepoept zijn
moet ik spoelen voor mijn vrouw
of ze slaat me dat 't een lust is
met een stevig eindje touw

6
of ze vloekt gelijk een oorman
alle duivels uit de hel
en van vuur vergaande kwaadheid
springt ze bijna uit haar vel

7
'k werk voor haar tot aan de avond
en begin steeds 's morgens vroeg
al wat zij mij geeft te eten
is zeer slecht en nooit genoeg

8
meestal gort gekookt in water
zonder boter zonder stroop
witte bonen zonder spekvet
zonder jus of zure kool

9
vlees of spek ben ik lang vergeten
dat wordt mij nooit voorgezet
daarom word ik ook zo mager
in die eertijds was ik zo vet

10
maar waar blijven, zult gij vragen
hare dertig gulden dan
eerlijk zal ik 't u verklaren
biechten als een eerlijk man

11
mooi gekleed gaan als een dame
daar is zij zeer op gesteld
kleed op kleed zich aan te schaften
kostte haar een handvol geld

12
dure kleedjes fraaie laarsjes
fraaie kraagjes en zo voort
kostte haar een handvol duiten
foei is dat niet ongestoord

13
en haar zoontje nog geen jaar oud
drilt zij op zoveel zij kan
mijne kleding die is zeker
niet voor een fatsoenlijk man

14
overhemd mag ik niet dragen
om mijn hals ook nooit geen boord
'k loop met ongestopte kousen
scheur in m'n hemd maar daag'lijks voort

15
daag'lijks zie ik haar gebruiken
almus messen en banket
complimenten met and're vrouwen
dronken ligt zij in haar bed

16
daarintegen loop ik altijd
zonder duiten in mijn zak
om een spaarsel te gaan kopen
of een budel pruimtabak

17
kon ik maar mijn vrouw verkopen
in het vrolijk Amsterdam
kon ik haar naar de markt toe brengen
gelijk een koebeest of een lam

18
ja dan waren al die markten
ja gewis tot ieders plein
tot verkoop van boze vrouwen
spoedig daag'lijks veels te klein

19
vrienden neem toch hier een voorbeeld
in dit huw'lijk aan mijn vrouw
trouw toch nooit 't geeft ellende
en ook dikwijls naberouw

20
denk toch aan mijn beste vrienden
aan het stevig eindje touw
denk toch na m'n beste vrienden
dat gij nimmer gaat ten trouw





en 't is gedaan en 't is gedaan en 't is gedaan
om zo te trouwen om zo te trouwen
en ik wou nog liever de koning dienen gaan

Tinus Seijkens, bij wie ik het lied in 1984 te Liessel optekende, zong het lied erg onregelmatig. Ik heb de melodie zodoende slechts bij benadering kunnen weergeven. Ze lijkt me te zijn ontleend aan de melodie zoals die bij andere contrafacten wordt gebruikt, nl. Drie ellen vur 'ne frang en Aon 't splitje. Hier wordt slechts een gedeelte van de melodie gebruikt.

Het afsluitend gedeelte Het is gedaan... is waarschijnlijk een latere toevoeging, die van een ander lied stamt (zie Jan met de zes wijven in Kroniek van De Kempen, deel 3, blz. 144).

Voor aanvullingen, aan- of opmerkingen info@volksliedarchief.nl
© Harrie Franken Liedarchief Weebosch-Bergeijk